Terugleververgoedingen in crisis.

Spanje heeft jarenlang een zeer succesvol stimuleringsbeleid voor duurzame energie gevoerd. De huidige crisis doet menigeen echter twijfelen aan dit beleid. In juli moeten in Spanje de nieuwe terugleververgoedingen vastgesteld worden. De terugleververgoedingen voor duurzame energie liggen momenteel onder een vergrootglas, wat zijn de tendenties en wat is de relevantie hiervan voor Nederland?

APPA studie macro-economische impact van duurzaam opgewekte energie in Spanje.

Op 2 december 2009 is in Madrid een studie gepresenteerd over de macro-economische impact van duurzaam opgewekte energie in Spanje. Deze studie is in opdracht van de APPA uitgevoerd door Deloitte Spanje. APPA is de Spaanse koepelorganisatie voor duurzame energie, de Engelse versie van deze studie is gemaakt door HOLTROP S.L.P Transaction & Business Law. Uit deze studie blijkt dat terugleververgoedingen Spanje per saldo meer opleveren dan ze kosten.

De terugleververgoeding wordt in Spanje niet via de schatkist gefinancieerd, maar vanuit de stroomrekening. Wie als commerciële gebruiker stroom afneemt, betaald voor netwerktoegang. Particuliere verbruikers betalen voor diversificatie en leveringszekerheid. Uit deze posten worden onder andere de terugleververgoedingen voor duurzame energie, het netwerkbeheer en de ijzeren voorraad van uranium betaald.

Hoe komt het dat de terugleververgoeding in Spanje per saldo meer oplevert dan ze kost?

 

 

 

 

 

 

 

Grafiek uit “Study of the macroeconomic impact of renewable energies in Spain”

Op de energiebalans houdt Spanje geld over, als het om duurzame energie gaat. Uit de hierboven getoonde grafiek blijkt dat FIT de Spaanse energiebalans in 2008 een surplus van 619 miljoen euro heeft opgeleverd. Brandstof voor opwekking van energie met niet duurzame bronnen moet daarentegen worden, evenals de rechten voor de emissies die hierdoor worden veroorzaakt. Duurzame energie daarentegen maakt gebruik van natuurlijke hulpbronnen waarvoor niet betaald hoeft te worden. Als het effect dat het aanbod van duurzame energie op de Spaanse electriciteitsdagmarkt heeft wordt meegerekend, dan levert dit voor 2008 nog eens 4,8 miljard euro op.

Het huilende kindje

De Spaanse industrie organisaties zijn niet tegen duurzame energie, maar willen hier liever niet voor betalen. Zij vinden dat de teruglevergoedingen eigenlijk wel door de belastingbetaler betaald zouden kunnen worden, op die manier zouden zij van de lage poolprijs kunnen profiteren, zonder de hoge netwerktoegang te moeten betalen. Tussen de regels door gelezen: wel de positieve effecten, maar niet de negatieve. In gewone taal: de industrie wil graag via drie banden gesubsidiëerd worden. Het systeem is nu zo dat degene die meer consumeert ook meer betaalt. Het idee hierachter is dat de verbuiker betaalt voor zijn eigen voorziening in de toekomst, als er geen fossiele brandstoffen meer zijn, en voor de negatieve maar externaliteiten van zijn huidige consumptie. Als we de terugleververgoeding overhevelen naar de schatkist betalen we dus met zijn allen de consumtie van en externaliteiten van onze industrie. Mag ik misschien uw sigaren ook allemaal oproken meneer? O zoals een Spaans gezegde het formuleert: Quién no llora no mama. Wie niet huilt krijgt geen borstvoeding.

Voor niets gaat de zon op en windfall profits,

Een element dat niet in de genoemde studie wordt besproken, maar ontleend kan worden aan de statistieken van de Spaanse netwerkbeheerder, energiecommissie en het industrieministerie is de windfall profit van enkele andere technologiën. De Spaanse Water- en Kernkrachtcentrales zijn indertijd niet privaat gefinancieërd, dat daargelaten zijn ze inmiddels afgeschreven. Waterkracht valt buiten de terugleververgoedingen omdat het om instalaties gaat die groter dan 50MW zijn. De kosten voor hun productie 9 en 18 euro per MWh, tegen een poolprijs die schommelt tussen de 40 en 50 euro per MWh levert dit een een windfall profit op van 3,6 miljard euro per jaar voor deze centrales in 2008. Als het eerder genoemde effect van het duurzame energie aanbod op die markt weg zou vallen zou deze windfall profit nog hoger zijn. Beide technologiën profiteren van voordelen die veranderingen in regelgeving hebben gecreëerd. Deze technologiëen worden per saldo meer gestimuleerd dan duurzame energie, zowel vanuit een investeringsperspectief, als vanuit een explotatieperspectief.

Het kind van de rekening en de windstille nacht

Het kind van de rekening zijn de gascentrales, waarvan er in Spanje ongeveer 22 gigawat zijn geinstalleerd, deze draaien slechts 3.500 uur in plaats van de voorziene 5.000. Deze technologiëen draaien namelijk op een lager pitje als er al voldoende kernenergie, waterkracht en duurzame energie wordt geproduceerd. Kernenergie, waterkracht en duurzame energie hebben in het Spaanse systeem altijd voorrang, en worden altijd voor 100% afgenomen. Om de energiemix eerlijk te maken zouden de gascentrales niet benadeeld mogen worden. Het gebrek aan uren zou gecompenseerd moeten worden door een vergoeding voor beschikbaarheid. Deze technologie moeten namelijk ook inspringen als de andere, en met name de duurzame technologiëen niet voldoende beschikbaar zijn.

Het deficiet in de energiebalans

In 2003 besloot de toenmalige minister van industrie, Rodrigo Rato, dat het een goed idee zou zijn om in het kader van de marktliberalisering de stroomprijs maar met maximaal 3% per jaar te laten stijgen. Hierdoor is een enorm tarief deficiet ontstaan, dat gefinancieërd wordt door de overheid. Dit deficiet wordt in de Spaanse energiediscussie aangehaald om te argumenteren dat de terugleververgoeding maar afgeschaft moet worden. Dat is een goed idee, we schaffen dan gelijk ook de kerncentrales en de waterkrachtcentrales af, met het saldo kunnen we dan mooi de jaarlijkse subsidie van 1 miljard euro aan de Spaanse steenkoolsector verhogen, en de kosten van het inkopen van emissierechten voor het stoken met deze steenkool betalen.

Fotovoltaïsche zonneenergie het zwarte schaap?

Terug bij het tariefdeficiet. Het zwarte schaap is in Spanje momenteel de fotovoltaïsche zonneenergie (PV). Zij krijgt de klappen in de de deficiet discussie. Het geinstalleerde PV vermogen in 2008 verzesvoudigd, waardoor een technologie die maar 11 procent van de Spaanse duurzame energie levert, tussen twee-vijfde en de helft van de terugleververgoedingen ontvangt. Het tarief voor PV was een goed voorbeeld van slechte regelgeving. Een plat tarief dat niet meegroeide met prijsontwikkelingen. Dit tarief werd in 2006 in de kielzog van veranderingen in de wetgeving naar aanleiding van prijsstijgingen in de pool ten gevolge van de hoge olieprijs aangepast. De praktijk heeft geleerd dat er is toen niet goed is nagedacht over de terugleververgoeding voor PV, er ontstond een run op PV in 2008. Inmiddels is deze terugleververgoeding zo geregeld dat zij zich aan marktomstandigheden aanpast. Het probleem is momenteel dat dit mechanisme een administratief obstakel vormd, en derhalve nog verbeteringsvatbaar is. Het ligt in de lijn der verwachtingen dat dit tarief in juli 2010 45% lager wordt, en het is te hopen dat huidige beperkingen op het aantal te installeren MW per jaar afgeschaft worden.

Teruglevergoedingen met terugwerkende kracht afschaffen en het deficiet oplossen?

Er zijn ook geruchten in de markt dat de terugleververgoeding retroactief afgeschaft zou worden, maar dat zijn geruchten. Zoals Mark Twain reeds zei: de geruchten over mijn dood zijn zwaar overdreven. Met terugwerkende kracht terugleververgoedingen terugdraaien zou macroeconomische onzin zijn, en er voornamelijk toe leiden dat de Spaanse (Spaar-)banken na eerst heel veel bakstenen nu ook een grote partij zonnepanelen op haar balans zou krijgen. Deze installatie zijn allemaal met project finance gefinanciëerd, en voor 70% tot 90% in onderpand bij de financiële sector. Dat zijn ruwweg tussen 15 en 20 miljard Euro die de financiële sector dan weg moet zien te zetten. Dat wordt dan borstzakje vestzakje, want als dat misgaat mag daar uiteindelijk de belastingbetaler voor opdraaien. Dan zijn we trouwens weer bij een variatie van het huilende kindje, de derde hond die wegrent met het bot. Het tarief is dan lager geworden, de belastingbetaler de dupe en de industrie de grote winnaar. Een wat omslachtige manier van industriepolitiek bedrijven, dat wel.

Een paar zwarte schapen opofferen?

Tijdens de laatste weken van de run op PV zijn er veel installaties aan het net gegaan die op het moment van de juridische deadline niet helemaal regulier waren. Deze installaties produceren wel duurzame energie, maar er kleven bezwaren aan de totstandkoming van hun vergunning. Er gaan momenteel stemmen op om deze ten tijde van de vergunningstoekenning niet reguliere PV installaties van het tarief uit te sluiten. Dit zou volgens de APPA en de ASIF, de brancheorganisatie voor fotovoltaïsche zonneenergie een goed idee zijn, en een besparing opleveren van 25% op de jaarlijkse kosten van de teruglevergoeding voor PV. Dit is niet een echte oplossing, maar een enigszins gratuito offerande om de gemoederen te bedaren. Het uitsluiten van de niet reguliere installaties zou net als terugwerkend kracht leiden tot een enorme kapitaalvernietiging, en het probleem verplaatsen naar de financiële sector. Bovendien is deze offerande juridisch-constitutioneel niet haalbaar. De Spaanse landsadvocaat en de nationale energiecommissie hebben zich reeds een jaar geleden in die zin uitgelaten. De relevante vergunningen verleend zijn op lokaal niveau terwijl het de nationale overheid is die deze weer wil intrekken. Het gaat volgens schatting om ongeveer 600 van de 50.000 PV installaties in Spanje. Het zal dus getalsmatig ook niet echt zoden aan de spreekwoordelijke dijk zetten.

Dieselaggregaten of argumentum ad hominem?

De niet reguliere installaties moeten overigens niet verward worden met de aantijging dat in Spanje sommige PV installaties met dieselaggregaten ’s nachts stroom zouden opwekken en verkopen aan het netwerk tegen de hoge terugleververgoeding. Dit is onderzocht door de bevoegde autoriteiten: er bleek door fouten in de meetapparatuur van enkele installaties overdag opgewekt stroom pas ’s nachts geregistreerd te worden. Curieus genoeg werd dit in de aanloop naar de maatschappelijke discussie over terugleververgoedingen door de minister aan de grote klok gehangen. De dieselaggregaten waren er door de minister zelf bij gefantaseerd om alvast een eerste klap onder de gordel uit te delen.

Er moet hoe dan ook bezuinigd worden

De terugleververgoeding is geen overheidssubsidie, maar een kostenfactor in een mandje met alle kosten voor de energie die in Spanje geconsumeert wordt. In dat mandje levert de terugleververgoeding uiteindelijk een surplus op. Duurzame energie is kapitaalintensiever dan de meeste traditionele energieproductie, maar heeft veel lagere operationele kosten. Door alle kosten in deze markt juist te alloceren wordt het voor de private investeerder interessant gemaakt risico’s te nemen en te investeren in R&D. Als er al bezuinigd moet worden zou het beter zijn die vieze steenkolen niet meer de stimuleren en de electriciteits pool zodanig te herstructureren . De meest rationele oplossing zou zijn om nucleaire technologie, waterkracht en duurzame energie uit de pool te halen en samen met de andere vaste kosten zoals netwerk e.d. in het eerder genoemde kosten mandje te plaatsen.